Als de toepassing zichzelf aanpassende regelfuncties vereist, als de registratie van bedrijfsgegevens wordt gewenst, als de interface configureerbaar moet zijn of als afsluiter en aandrijving door doorlopende diagnose in een Plant Asset Management System geïntegreerd moeten worden, dan is de AC de juiste besturingseenheid voor de aandrijving.
De AC beschikt over een vrij configureerbare parallelle interface en/of interfaces met de veldbussystemen die in de procesautomatisering gangbaar zijn.
Tot de diagnosefuncties behoren een tijdgestempeld gebeurtenissen-protocol, de opname van draaimomentgrafieken, de continue registratie van de temperaturen en vibraties in de aandrijving of het tellen van start-ups en motorlooptijden.
Naast de basisfuncties biedt de AC een aantal mogelijkheden om aan speciale eisen te voldoen. Daar horen de draaimomentoverbrugging bij om afsluiters los te maken uit hun stevige positie of functies voor het verlengen van de insteltijd om drukstoten in de kabel te voorkomen.
Bij de ontwikkeling van de AC 01.2 lag de focus op bediengemak en de eenvoudige integratie van de aandrijvingein in het procesbesturingssysteem. Via het grote grafische display kan de besturingseenheid voor de aandrijving via een menu aan de eisen worden aangepast of als alternatief met de AUMA CDT via een draadloze bluetooth-verbinding. Bij veldbusintegratie kan de parametrering ook vanuit de operatorruimte komen.